De Driemaster
Genomineerd voor de Rijnlandse Architectuur Prijs 2023
2021
Plataandreef, Leiderdorp, Nederland
Op de locatie van de voormalige school ‘De Driemaster’ in Leiderdorp zijn twee woontorens met in totaal 98 woningen opgeleverd, genaamd ‘De Ridder’ en ‘De Jonker’. Het project is gegund via een tender in 2017 voor 2 Rijnhart Wonen en Amvest. Rijnhart Wonen behartigt voornamelijk de lokale huurbehoefte in Leiderdorp, terwijl Amvest als landelijke speler zich meer richt op de vrije sector / middenhuur woningen. De Driemaster kent een diversiteit aan woninggroottes (ca.30m2-90m2) en een mix van koop en huur. Met dit woonprogramma wordt doorstroming bevorderd.
De naamgeving verwijst naar de voormalige steenfabriek ‘Ouderzorg – de Ridder’, die vroeger aan de Rijn en dichtbij de projectlocatie was gelegen. De materiaalkeuzes zijn gebaseerd op de verbinding met deze geschiedenis. De plint is uitgevoerd met een verlopend kleurpatroon, geïnspireerd op het bakproces van klei in een traditionele steenoven.
De woontorens liggen deels aan en in het water, waardoor zij op een natuurlijke manier ingebed zijn in hun omgeving. De alzijdige volumes zijn gedraaid ten opzichte van elkaar om een goede bezonning en vrij uitzicht voor alle woningen mogelijk te maken. De verbinding naar de omgeving wordt versterkt door een nieuwe voetgangersbrug naar de Vronkenlaan.
Het concept voor de woontorens is “interessant op elk schaalniveau”. Het basisvolume van het gebouw is dan ook op grote en kleine schaal bewerkt tot een interessante vorm. De gebouwen zijn in 3 lagen opgedeeld in een plint, middeldeel en de bekroning. De kop van de gebouwen is benadrukt met een nok in de daklijn wat het gebouw slanker maakt en richting geeft. De gevel wordt verticaal benadrukt met ribben in het metselwerk. De plaatsing van de balkons benadrukken de architectonische opdeling van het gebouw.
De woontorens hebben een compact volume en een verhoogde energieprestatie coëfficiënt (EPC) van 0,25 ten opzichte van het bouwbesluit van het moment van bouwen (0,4). Dit is voornamelijk bereikt door de toepassing van stadsverwarming. Hiertoe werd aanvullend een warmtestation aangebracht om de hoofdaansluiting van beide torens te realiseren. Daarnaast zijn beide daken voorzien van zonnepanelen ten behoeve van de algemene voorzieningen van de gebouwen. Hiermee zijn de beide gebouwen naast duurzaam, ook geschikt voor de toekomst ten aanzien van energietransitie.